Hoogbegaafdheid, dyslexie, autisme; veel kinderen hebben speciale onderwijsbehoeften. In de Wet Passend Onderwijs is sinds 2014 geregeld dat zorgleerlingen zo veel mogelijk in het reguliere onderwijs worden ondersteund. Menig leerkracht geeft aan dat dat een verhoging van de werkdruk betekent. Ze kunnen een groot deel van de leerlingen niet voldoende helpen.
Steeds meer ouders zoeken daarom in particulier onderwijs naar de juiste begeleiding voor hun kinderen. Particuliere basisscholen zijn hierdoor in opmars en het aantal groeide van 35 in 2015 naar zo’n 60 in 2018 blijkt uit een onderzoek van onderzoeksbureaus Oberon en SEO Economisch Onderzoek. In totaal volgden 3400 leerlingen in 2018 onderwijs op een particuliere school. In 2013 waren dat er nog zo’n 2600, een stijging van ruim dertig procent in vijf jaar.
Schaduwonderwijs
Onderwijssocioloog Paul Jungbluth ziet de toegenomen vraag naar particulier onderwijs als een extreme vorm van schaduwonderwijs: aanvullend onderwijs zoals bijles en examentraining. “Ouders wijken uit van het reguliere aanbod en kopen hulp in”, zegt Jungbluth.
Zo kwam Linda Laene uit Breda in 2015 bij de democratische school Libertad in haar woonplaats terecht. Deze school begint dit jaar ook een afdeling voor basisonderwijs. “Mijn zoon is hoogbegaafd en liep eind groep 7 vast.” Het onderwijsconcept van Libertad, een kleine groep waarin de leerling zelf bepaalt wat hij wil leren, sprak Laene en haar zoon aan. “Ze leren hier hun weg vinden en doen waar ze blij van worden.”
Laene heeft daar jaarlijks 3600 euro voor over. Libertad kan de personeelskosten laag houden, omdat het team volledig bestaat uit vrijwilligers.
“We hebben hier alle docenten die we nodig hebben. Het zijn vaak leraren die in het reguliere onderwijs tegen beperkingen aanliepen en graag veel voor leerlingen willen betekenen”, zegt Laene, die inmiddels voorzitter van het schoolbestuur en coördinator is.
Bij Winford in Breda geven leerkrachten les die wel een marktconform salaris krijgen. Dat is terug te zien in het schoolgeld: 17.400 euro per schooljaar. “Dat is inderdaad een hoop geld”, erkent Henk van Koeveringe die deze vestiging in 2017 oprichtte.
Geld hard nodig
Dat bedrag heeft de school trouwens niet alleen nodig voor de salarissen, maar ook voor materialen en huisvesting. Bovendien krijgt de school niet de .900 euro per kind die elke reguliere basisschool wel ontvangt van de overheid. Ook zijn particuliere scholen meestal uitgesloten van onderwijssubsidies.
Jungbluth ziet het particulier onderwijs als een uiting van de groeiende kansenongelijkheid in ons land. Dat begint volgens de onderwijssocioloog bij een gebrek aan kwaliteitsgaranties in het reguliere onderwijs. Volgens Jungbluth heeft het vertrek van ‘kansrijke’ leerlingen een negatieve invloed op prestaties van leerlingen die in het reguliere onderwijs blijven. “Kinderen leren ook van elkaar.”
Ook Van Koeveringe erkent dat particulier onderwijs zorgt voor kansenongelijkheid. “Sommige kinderen hebben het geluk dat hun ouders dit kunnen betalen. Dat zijn niet alleen rijke ouders, maar ook ouders die er veel voor doen en laten. Soms betaalt zelfs de hele familie mee.”
Professionaliseren
Volgens Jungbluth moet het onderwijs zo snel mogelijk professionaliseren om deze kansenongelijkheid te verminderen. Hij verwacht dat het onderwijs verbetert wanneer de leerkrachten academisch worden geschoold. “Er staan nu steeds vaker leerkrachten voor de klas die de einddoelen van groep 8 niet beheersten toen zij zelf hun eindtoetsen maakten.”
Van Koeveringe heeft eveneens twijfels over het huidige onderwijssysteem. “In het reguliere onderwijs is het voor een leerkracht onmogelijk om 25 verschillende leerlijnen samen te stellen. Met onze methodiek kan dat wel.”
Hij ergert zich aan de vooroordelen over particulier onderwijs. “Dan hoor ik een politicus zeggen dat ouders hun kind naar particulier onderwijs sturen om van een vmbo’er een havo-kind te maken, maar daar heb ik hier nog niemand op kunnen betrappen.”